Snoeien

Het snoeien van de beplanting in uw tuin is voornamelijk vakwerk. Kennis van de beplanting is hiervoor van essentieel belang. Deze werkzaamheden kunt u het beste door de hovenier laten uitvoeren. Er zijn een aantal algemene regels, die u kunnen helpen, wanneer u zelf gaat snoeien.

Heesters (houtachtige struiken) die bloeien op het oude hout. Dit zijn heesters die bloemen en/of vruchten dragen op het hout dat in het jaar daarvoor is gevormd. Deze heesters moeten na de bloei en/of het dragen van vruchten worden gesnoeid. Voorbeelden hiervan zijn: Forsythia, Weigelia, Ribes.

Heesters (houtachtige struiken) die bloeien op het jonge hout. Dit zijn heesters die nieuwe takken krijgen, waaraan datzelfde jaar bloemen komen. Deze heesters moeten vroeg in het voorjaar worden gesnoeid. Voorbeelden hiervan zijn: Rozen, Buddleja, Ceanothus, Caryopteris.

Bomen, die na het snoeien kunnen gaan “bloeden”, moeten in het najaar worden gesnoeid (oktober tot januari). Wanneer de sapstroom op gang is gekomen, kan er niet meer gesnoeid worden. Voorbeelden hiervan zijn: Betula (Berk), Carpinus (haagbeuk), Juglans (walnoot) maar ook een druif (klimplant).

 

Hagen, het snoeien of knippen van hagen kan het gehele jaar. De beste tijd is net na de groeiperiode (juni en oktober).

Bekijk ook